woensdag 23 april 2008

Mommy Wars

Moeders staan altijd onder vuur, lijkt wel. De grootste vijand van de moeder is echter niet de vader, de school of zelfs de maatschappij. Nee, het is de andere moeder. Onder het mom van Amerikaanse zoetsappigheid, wordt het grootste vergif gespuwd tussen SHM’s (Stay Home Mom’s) en werkende moeders.

Ook ik maak me hier wel eens schuldig aan. Een beetje halfhartig weliswaar, want in welk kamp hoor ik nu eigenlijk thuis? Ik ben een soort hybride vorm: geen echte werkende moeder, maar ook niet stay home. Ik schrijf elke dag zo’n vijf uur thuis als mijn kinderen op school en crèche zitten, maar dit wordt vaak toch niet echt als een baan gezien. Evengoed word ik gebeld of ik even mee ga koffie drinken. (Natuurlijk ben ik wel blij om te worden gebeld in dit eiland vol “loners”, zoals laatst iemand Manhattan omschreef!) In ieder geval stelt deze situatie me in staat om met de SHM’s mee te praten, maar ook om met de werkende moeders mee te fulmineren. In de hoop dat ik niet word ontmanteld als spion voor het andere kamp…

Tja, zegt de thuisblijfmoeder. Heerlijk hoor, al die tijd voor jezelf en voor je carriere. Maar ja, die arme kinderen moeten het wel zonder moeder stellen. En elke dag met zo’n sloffende, kauwgum kauwende, mobiel telefonerende nanny op pad. Nee, mij niet gezien. Daarvoor hou IK teveel van mijn kinderen. Ik wil er liever voor ze zijn en een warm nest aan ze bieden. Ik geniet van ze en hoef me geen zorgen te maken dat ik het eerste stapje mis. Je krijgt toch geen kinderen om ze vervolgens uit te besteden? Als je het je kunt veroorloven, waarom moet je jezelf dan nog zo nodig bewijzen? Tja, eigenlijk zijn die werkende moeders gewoon zielig….

OK, zegt de werkende moeder. Die thuisblijfmoeder mag dan misschien lekker zelfingenomen met de pakjes sap en snacks in de speeltuin zitten, maar die arme vrouwen. Alleen maar praten over luiers, speelgoed, slaaptijden. SAAI!! Nooit eens een keer een beetje een intelligent, volwassen gesprek. Dat is toch geen compleet leven. Geen eigen inkomen. O ja, ze hebben eigenlijk wel een baan: naar de gym gaan om te zorgen dat ze er een beetje appetijtelijk uit blijven zien voor hun mannen. Want van hun echtgenoten komt elke maand de paycheck. Wacht maar tot die man er opeens vandoor gaat met een jongere versie. Dan zitten ze mooi met de gebakken peren.

Waarom nemen moeders elkaar voortdurend de maat? Waarom hebben ze het zo hard nodig om andere moeders af te vallen? Is er dan geen enkele vorm van solidariteit, van “sisterhood” onder moeders? Meestal is het hartstochtelijk afkraken van andere manieren een teken van eigen onzekerheid. Als je zelf helemaal tevreden bent met je eigen oplossing voor het eeuwige werk/kinderen dilemma, dan is er immers geen enkele reden om andere oplossingen naar beneden te halen.

Die tevredenheid is zeldzaam. De zogenaamde balans tussen werk en moederschap is in de praktijk vaak ver te zoeken, zeker hier in New York. Meestal is er een soort verscheurdheid: fulltime werken in serieuze, veeleisende banen is misschien uitdagend, maar het eist een continue beschikbaarheid die moeilijk te combineren is met de opvoeding van kinderen. Het is niet leuk als je kind valt en om de nanny roept in plaats van om jou. Laatst sprak ik een moeder van een klasgenootje van mijn zoontje. Ze is nog nooit op de school van haar dochter geweest. Te druk op het werk. “Is she doing okay, you think?”, vroeg ze me.
Aan de andere kant zullen thuisblijfmoeders het eerste stapje niet missen, maar vliegen ze geregeld tegen de muren op: kinderen fulltime opvoeden is intens en vermoeiend! En vaak eenzaam. De echtgenoten maken enorm lange dagen. De druk op zijn carriere wordt alleen maar groter als het gezinsinkomen volledig afhankelijk is van hem. Dus moet hij nog harder werken. En nu de thuisblijfmoeder er altijd is, zal hij minder snel zijn best doen om nog net op tijd te zijn om de kinderen ergens op te halen. Zij is er immers toch altijd, weet hij.

Hier in New York is de middenweg veel minder vanzelfsprekend. Er is veel minder parttime werk en de keuze is dus voor de meeste moeders alles of niets. Reden waarom de “catfight” tussen de mommy’s waarschijnlijk ook meer uitgesproken is. In Nederland hebben immers vrijwel alle moeders een middenweg gevonden in de vorm van parttime of meer flexibel werk. Maar ook hier in de VS geldt dat veel moeders tijdelijk in een bepaalde rol zitten en dat de “mommy wars” dus in feite telkens tussen verschillende groepen moeders gaan. De eerste drie jaar is een moeder stay home, daarna werkt ze parttime. Of ze begint fulltime na het verlof en “geeft het op” na een paar jaar. Of ze gaat juist na een paar jaar stay home weer fulltime werken. De werkelijkheid is minder zwart/wit dan op het eerste gezicht lijkt.

Echter het meest opvallend in de zogenaamde “mommy wars” is de volledige afwezigheid van vaders in de discussie. Alsof de zorg voor de kinderen hem niet aangaat. Het idee dat de vader zou stoppen met werken of minder zou werken is ongehoord. In Nederland ken ik nog wel een paar vaders die vier dagen werken in plaats van vijf, maar onder Amerikanen zie ik dat echt zelden.
Tegen het terugbrengen van de werkuren van de vader worden meestal praktische bezwaren ingebracht. Hij verdient het meeste, dus het zou onzinnig zijn als hij minder zou gaan werken. Hij zou gegarandeerd die promotie missen als hij minder zou gaan werken. Allemaal waar natuurlijk, maar ook een verhulling van onderliggende rolpatronen die hier in New York, voor zover ik kan zien, nog meer zijn vastgeroest dan in Nederland.

Moeders zouden zich niet moeten verlagen tot al die valse kritiek op hun medemoeders. Ze zouden moeten proberen hun onzekerheid constructief aan te wenden en de discussie aan te gaan over de valkuilen van het moderne moederschap. Blijkbaar blijft de combinatie werken en moederschap een groot dilemma voor vrijwel alle moeders.
Thuisblijfmoeders zouden trots moeten zijn op hun werkende medemoeders die keihard knokken om een plek voor vrouwen te vewerven in typische mannenwerelden. Aan de andere kant zouden werkende moeders blij moeten zijn dat de thuisblijfmoeders ervoor zorgen dat er een bibliotheekmoeder is, een luizenmoeder of een overblijfmoeder en dat op deze manier scholen draaiende worden gehouden.

Tja, en die parttime thuis werkende moeder: die moet stoppen met spioneren!!!